26. DE TEDERHEID VAN KINDEREN

Boodschap van 3 maart 1990, aan Jelena
“Lieve kinderen, vanavond nodig ik jullie op bijzondere wijze uit om te bidden voor de ongeboren kinderen. Bid speciaal voor de moeders die in volle bewustzijn hun kinderen doden. Lieve kinderen, ik ben verdrietig, want er worden veel kinderen gedood. Bid, dat het aantal van deze moeders in de wereld zo klein mogelijk is.”

26. DE TEDERHEID VAN KINDEREN

De zwakke en de begaafde

Adam zit in groep vier van de lagere school. Hij is een van de beste leerlingen van de klas. Het leren gaat hem gemakkelijk af. Op een dag zegt de juffrouw dat elk kind mag gaan spelen, als het zijn rekensommen af heeft. Heel de klas is blij en de leerlingen zijn snel klaar met hun taak. Maar de juffrouw ziet dat Freddie er nog steeds mee bezig is. Freddie slikt zware medicijnen omdat hij epilepsie heeft en daarom werkt hij heel langzaam. Hij zal vandaag niet aan spelen toekomen…

Dan ziet ze dat Adam, die juist klaar is met zijn taak, naar de tafel van Freddie loopt om hem te helpen met zijn sommen. Adam wacht geduldig totdat Freddie ze af heeft, waarbij hij hem aanmoedigt. De schooljuf krijgt een brok in haar keel, als ze ziet dat dit kind van acht jaar een daad stelt van barmhartigheid en medelijden. Ze is getuige van een in praktijk gebrachte barmhartigheidsdaad.

Dit waargebeurde verhaal vond plaats in maart 2001: de kinderen lezen ons de les. Adam draalde niet om Freddie te helpen…

De heilige Maagd zegt: “Wees barmhartig vanuit het hart. Doe goede werken, sta niet toe dat men te lang op jullie moet wachten’:
(aan Mirjana, boodschap van 18 maart 2001).

De kleine Mickey

Michel en Annie (USA) hebben drie kinderen en sinds hun huwelijk volgen ze de school van Medjugorje en hun blijdschap daarover is aanstekelijk. Hun kleine Mickey is vier jaar. Zijn oom Jozef (negen jaar) vertelt hem op een dag het verhaal van `De kleine rode kip’ die graan vindt en vervolgens aan alle dieren vraagt:
 Wie wil me helpen om het graan te zaaien ?
Niemand wil haar helpen, dus doet ze het zelf. Dan vraagt ze:
—Wie wil me helpen om het graan te besproeien ?
Niemand antwoordt.
—Goed, dan doe ik het zelf.
Dan:
—Wie wil me helpen om het graan te oogsten?
Niemand !
—Het graan te malen ?
Niemand… enz… enz. En dan komt het moment om het brood te eten en uiteraard willen alle dieren helpen om het op te eten. Maar dan zegt de kleine kip tegen hen:
—Nee, daar komt niets van in, nu jullie me niet hebben geholpen bij het verbouwen van het graan, zullen mijn kuikens en ik zelf het brood opeten.
Waarop de kleine Mickey het verhaal heftig onderbreekt:
—Wel, als de kleine kip Jezus zou zijn geweest, dan zou ze het brood toch hebben gegeven.

Jezus bewaar mijn ziel !

In de USA is er een gezin, dat zeer met elkaar is verbonden en dat elke avond de rozenkrans bidt, zoals de Gospa dat in Medjugorje vraagt. De kinderen horen hun ouders spreken over Jezus als over de beste vriend van het gezin, en over Jezus als de Goede Herder, die zij altijd aanroepen. Colin is een van hun zes zonen en zijn moeder, Cathy, vertelt over een prachtig teken van goddelijke bescherming, dat zij mochten ontvangen…

Op een avond, als ze hem in bed legt, zegt Colin, die drie jaar is, tegen haar:
—Mama, ’s nachts hoor ik een stem die zegt: “Colin, je ziel zal naar de hel gaan”.
— Oh, Colin, daar moet je niet naar luisteren. Bid tot Jezus en Hij zal over je waken, antwoordt zijn moeder.
Oh, dat heb ik gedaan en Jezus heeft me gezegd dat ik wel moet antwoorden, zegt Colin.
Cathy vraagt wat Jezus hem heeft gezegd, en de kleine Colin antwoordt:
— Jezus heeft me gezegd: “Colin, als je dat hoort, zeg dan: Jezus, bewaar mijn ziel”.

Als Jezus voor ons is, dan hebben we niets te vrezen.

Ze lachte naar me
In de stad Newry, in Ierland, vertelde pater Tony, dominicaan, mij over het bezoek dat de ziener Ivan in maart 1995 had gebracht aan zijn priorij Sainte-Catherine. Die dag kreeg Ivan, omringd door tweeduizend biddende mensen, zijn verschijning voor de mis.
De volgende dag vertelt een jong meisje van twaalf jaar, Elena, aan haar juffrouw:
— Gisteren waren er twee missen in de kerk.
— Werkelijk waar ? vraagt de juffrouw verrast.
— Ja, antwoordt de kleine.
Elena is verstandelijk gehandicapt en reageert als een kind van vijf jaar. Ze had de gebeden van vóór de verschijning door elkaar gehaald met de mis. En nogal naïef zegt ze tegen de juf:
—Tijdens de eerste mis, is Onze Lieve Vrouw van Lourdes gekomen en ze heeft met een man gesproken. Ik kon niet horen wat ze tegen hem zei, maar ze heeft naar me gelachen.
(Elena spreekt over Onze Lieve Vrouw van Lourdes, omdat zij zelf naar Lourdes is geweest en omdat haar vader er elk jaar naar toegaat als brancardier voor de zieken. Zij kent daarom geen andere naam voor Maria, dan Onze Lieve Vrouw van Lourdes. Ook als ze soms andere afbeeldingen ziet van Maria, bijvoorbeeld die van Onze Lieve vrouw van Knock, Guadalupe of Fatima, dan zijn die voor haar O.L. Vrouw van Lourdes)

De juffrouw vertelde de ouders van Elena over dit gesprek, die daarna aan hun dochter vroegen wat er was gebeurd. Ze vertelde hen hetzelfde verhaal, met dezelfde woorden. Toen ze haar vroegen hoe de heilige Maagd eruit zag, antwoordde Elena:

—Onze Lieve Vrouw van Lourdes had een blauwgrijze jurk aan en ze droeg een wit ding om haar hoofd, ik kon haar haren zien. Ze lachte me toe. Achter haar waren er gekleurde lichtjes, zoals de lichtjes van een kerstboom en ze fonkelden. En het was of er achter haar water stroomde.

Omdat de pater dominicaan dit gezin kende kon hij het meisje persoonlijk ondervragen. Hij kreeg precies hetzelfde verhaal te horen, als dat ze aan de schooljuffrouw en aan haar ouders had verteld. Ze had er geen woord van weggelaten of aan toegevoegd. De pater legde me uit dat die befaamde lichtjes, die door Elena werden beschreven, zonder twijfel de sterren waren waarmee Maria gekroond is in Medjugorje.

Sinds die dag, en dat is wel de mooiste vrucht van die gebeurtenis, is Elena helemaal veranderd. Ze straalt nu van geluk en is veel opener.
Is het niet schitterend, dat de heilige Maagd ervoor heeft gekozen, om, terwijl er tweeduizend aanwezigen waren, te verschijnen aan een gehandicapt kind ? Wat een mooi voorbeeld geeft Maria ons door zo’n bezorgdheid te tonen voor dit kostbare en tere leven, dat onze huidige wereld zo gemakkelijk verwerpt.

Wees niet bang om kinderen te hebben !

Naar aanleiding van een verschijning van de heilige Maagd in augustus 1984, ontmoet pater Tomislav Vlasic (ofm) een groepje Italianen, dat bestaat uit vier koppels die ik goed ken. Een van de vrouwen heet Rita. En zij is het, die uit Medjugorje het beeld naar Civitavecchia3 heeft gebracht, dat nu bekendheid geniet omdat het veertien keer tranen van bloed heeft geweend. Haar dochter, die lid is van de gemeenschap Famiglia di Maria in Rome, heeft me het volgende over deze ontmoeting verteld:

Pater Tomislav Vlasic deelde hen mee wat de heilige Maagd tijdens de verschijning tegen de zieners had gezegd: “Jullie hebben weinig kinderen, wees niet bang om kinderen te krijgen. Voordat het jullie kinderen zijn, zijn het mijn kinderen. Wijd ze toe aan mijn Onbevlekt Hart.”

Van de vier vrouwen die er waren, was mijn vriendin Rita degene die boven de veertig was en al vijf kinderen had. Een andere was gynaecologe en probeerde al lang om een kind te krijgen; het bleef zonder succes. Een derde was steriel en een vierde had een ingreep ondergaan en zo was ze door een menselijke ingreep voorgoed steriel geworden. Ze waren gegrepen door de boodschap en het uitzonderlijke was, dat de drie vrouwen, die niet door een menselijke ingreep gesteriliseerd waren, alle drie plotseling zwanger waren, ter plekke in Medjugorje, in augustus 1984. Bij de drie vrouwen hebben zich tijdens die zwangerschap complicaties voorgedaan en de meesten zijn bedlegerig geweest. Maar de drie kinderen zijn geboren, springlevend, en ze zijn de vreugde van hun ouders.
In die tijd was pater Tomislav de geestelijke vader en geestelijk leidsman van de zieners, alsook van de gebedsgroep van de jongeren.
De heilige Maagd heeft over hem gezegd: “Hij leidt jullie goed.”

De kindermoorden…

Medjugorje, 1985.

De zienster Mirjana kreeg al geen dagelijkse verschijningen meer, maar wel had ze haar jaarlijkse verschijning op 18 maart, en zonder twijfel heeft de volgende gebeurtenis zich tijdens een van deze verschijningen afgespeeld. Adriana, een grote vriendin van Medjugorje, bevond zich voor de verschijning met enkele andere mensen in een kleine kamer bij Mirjana. Na de extase zag Mirjana er zo ontredderd uit, dat mijn vrienden haar vroegen wat er was gebeurd. Mirjana’s antwoord was eerst een gebaar van ontzetting. De heilige Maagd had met haar over de geheimen gesproken. Mirjana zei dat ze zeer pijnlijke scènes had gezien, waarin zelfs kinderen omkwamen4. Met zo ’n schouwspel voor ogen, waarin zelfs kinderen slachtoffer waren van een drama, vroeg Mirjana de heilige Maagd:
4 Jelena zelf, de zienster met het hart, heeft ook moeilijke taferelen gezien. Voor enkele zieners kwam het vernemen van sommige geheimen hard aan en de heilige Maagd heeft tegen hen gezegd dat de Heer hen de genade

— Maar God is goed, hoe kan Hij dan zoiets toelaten ?
Toen legde de heilige Maagd haar uit, dat het niet God was die dit veroorzaakte, maar de mensen die niet naar God luisterden. En ook voegde ze er iets heel belangrijks aan toe:
“Vandaag de dag, zoals tweeduizend jaar geleden in Betlehem, gaan de kindermoorden gewoon door. Deze moorden zijn het evenbeeld van het offer van de onschuldige Christus, die men ook heeft
vermoord.”
Uitspraken van kinderen
Meerdere kinderen hebben de heilige Maagd hun gebeden en offertjes aangeboden. Hier enkele parels, die uit hun schriftjes zijn
opgepikt:
Hun gebeden:
— Bid voor hen die nooi tevree zijn. (Silouane, 9 jaar)
— Heer, gebruik mijn gebed voor degene die het meeste drinkt.
(Pierre, 9 jaar)
— Maak dat ik naar de hemel ga met mijn zus en mijn mama, mijn papa, mijn hond, mijn hamster, de hamster van mijn zus en dat ik van iedereen hou, behalve van de demonen. (Dana, 7 jaar).
—Lieve God, ik heb haast om ter communie te gaan, om u in mij op te nemen. (Myriam, 10 jaar)
—Mijn gebed: een flink kraaltje van de rozenkrans. (Jo, 7 jaar)
Hun offertjes:
—Dat ik het braaksel van mijn kat niet door mijn ouders heb laten opvegen, maar dat ik het zelf heb gedaan. De boterhammen van het aangebakken brood heb ik zelf opgegeten, en ze niet laten liggen voor de anderen. (Marie-Reine, 12 jaar)
— Ik heb 10 km gelopen om een eind te maken aan de abortussen. (John, 10 jaar, USA)
— Ik heb een munt van 20 cent gevonden en die aan een arme vrouw gegeven. (Myriam, 10 jaar)
Hun spitsvondigheid:
In Argentinië vertelt een vriendin mij het volgende: “Ik legde mijn dochter Magdalena van 6 jaar uit, dat mijn man en ik, wij ouders, niet aan het begin van haar leven staan, maar dat alleen God de ware bron van haar leven is. Maar dat God ons in deze wereld aan haar heeft toevertrouwd, om haar te helpen om te leven en te groeien naar de heiligheid. Dat wij de instrumenten van God zijn in haar leven.”
Tweed dagen later hoor ik haar hetzelfde uitleggen aan haar neefje van dezelfde leeftijd, en dit is wat er is uitgekomen:
— Weet je, Roberto, jouw ouders, wel, dat zijn niet je echte ouders. God en Maria dat zijn je echte ouders. Jouw ouders en de mijne zijn eigenlijk babysitters!