34. DE LEGENDARISCHE REKENINGEN VAN FLORENCE

Zondag 30 oktober 1983, aan Jelena

“Leg al je zorgen bij Jezus neer. Luister goed naar wat Hij in het evangelie zegt: “Trouwens, wie van u is in staat met al zijn tobben aan zijn levensweg één el toe te voegen ? [… ] Zoek eerst het Koninkrijk en zijn gerechtigheid: dan zal dat alles u erbij gegeven worden.”

34. DE LEGENDARISCHE REKENINGEN VAN FLORENCE

Florence de Gardelle (Nice) heeft in vijftien jaar een flinke reputatie weten op te bouwen, zowel bij haar pelgrims uit haar geboortestreek in de Provence, als bij de families van Sivric, een klein dorpje vlakbij Medjugorje, waar zij de pelgrims liet logeren. Iedereen is het erover eens: “Ze is ongelofelijk”.

Inderdaad, ze wist een legioen mensen urenlang te boeien als ze uitweidde over het wonderbaarlijke dat de Gospa in haar leven had teweeggebracht. Op een keer heb ik haar zover gekregen om de praktische en financiële kant van haar bedevaarten naar Medjugorje uit de doeken te doen. Het was me namelijk opgevallen dat ze bepaalde mensen, die minder bedeeld waren, voor niets naar Medjugorje liet meegaan.
—Hoe krijg je dat voor elkaar ?
—De Gospa betaalt alle rekeningen.
Oké, maar…
—Elke keer is het weer anders, ze verbaast me altijd. Herinner je je de boodschap van 1983, waarin ze zegt: “Ik zelf heb ieder van jullie uitgenodigd om naar hier te komen”, en ergens anders “niemand komt naar Medjugorje zonder persoonlijk door mij te zijn uitgenodigd”?

In de loop van vijftien jaar heb ik kunnen vaststellen hoe waar die woorden zijn. Maria organiseert alles zelf, als wij van onze kant ingaan op haar uitnodiging. Zij vraagt alleen maar een klein jawoord van ons, en eenmaal uitgesproken ruimt ze alle obstakels uit de weg, zoals geldgebrek, tijdsgebrek, vijandige reacties van familie, enz.
— Door welk ingrijpen van haar ben je het meest getroffen ?

—Nooit zal ik onze bedevaart van februari 1996 vergeten. Toen heeft ze echt een staaltje laten zien. We nemen al acht jaar kosteloos enkele jongeren mee van een vereniging die door een priester wordt geleid. Deze jongeren volgen een opleiding die zowel geestelijk als professioneel is. In 1996 deelde pater Jean me mee dat hij ook enkele vrienden van de vereniging zou willen uitnodigen en enkele inschrijvingsformulieren begonnen al binnen te druppelen met de vermelding: “Reis aangeboden door pater Jean”.

Tien, twintig, dertig van deze inschrijvingen kwamen bij mij binnen. Toen heb ik pater Jean gebeld en hem erop gewezen dat de bus bijna vol was.
— Geen probleem Florence, dat zullen we bijtijds regelen, maak je maar niet ongerust.
— Goed…

Steeds meer inschrijvingen kamen binnen, veertig, vijftig… en ik belde pater Jean opnieuw op:
Pater, dat wordt echt te veel. Er is nu al een tweede bus nodig.
Er zijn achtendertig slaapplaatsen per bus. En daar komt nog de standplaats van de bussen bij en het onderkomen…
Geen probleem, Florence, wat vooral telt is dat ze gaan. Zo voel ik het aan.

Kortom, ik zat met tweeënzestig inschrijvingen opgescheept, en er waren er maar twee die hadden betaald. Ik zei tegen de heilige Maagd: “Deze vereniging is niet de mijne, maar die van u. U bent het die hen uitnodigt. Ook al zijn sommigen wat onder druk gezet om mee te gaan, u kunt uw priester niet laten vallen die erop uit is om deze jongeren bij u te brengen. Dus het is uw probleem, niet het mijne.”

Zo zijn we vertrokken met liefst vijf bussen. Gewoonlijk laat ik tijdens de reis enkele video’s zien die zorgvuldig zijn uitgekozen, om zo het hart van de mensen op voorhand te raken. Op een van deze video’s is het indrukwekkende getuigenis te zien van pater Verlinde over spiritisme en alles wat daarmee samenhangt, zoals bedrieglijke genezingen, wichelroede lopen, enz. Op het moment dat ik pater Verlinde inleidde, werden we plotseling door een verschrikkelijk lawaai onderbroken. We inspecteerden de bus en zagen dat een van de wielen totaal was vernield en we konden er geen enkele oorzaak voor vinden. Ik ging naar de tweede bus en sprak daar over pater Verlinde.

Op het moment dat ik de video aanzette, klapte een van de banden. Ik ging naar de derde bus terwijl ik tegen mezelf zei, dat de genaden volop ons deel zouden zijn…
En inderdaad, de jongeren zijn tijdens deze bedevaart diep door God geraakt. Op de terugweg uitte iedereen zijn vreugde door de microfoon…

Maar kijk, een van de bussen kreeg pech in Kroatië, midden in het open veld. De conclusie van de wegenwacht loog er niet om: niet te repareren. We moesten de bus dus daar achterlaten en die pelgrims in de vier andere bussen onderbrengen.

Bij ons vertrek uit Nice moest ik tot mijn verassing vaststellen dat de vijfde bus niet vol was. Maar toen we op de terugweg de pelgrims van die ene bus over de anderen verdeeld hadden, bleken er toch net genoeg plaatsen te zijn, er was geen enkele zitplaats over. Waarlijk, de heilige Maagd had het goed berekend. Wel moesten we de nacht zittend doorbrengen, want er waren geen slaapplaatsen meer. Maar zo konden we wel iedereen thuisbrengen.

Jullie zullen van deze tekenen getuigen…

Het moment van afrekenen was aangebroken en wat voor een verrassing was het ! Mede dankzij de giften, zonder twijfel door de heilige Maagd ingefluisterd, hebben we alle rekeningen kunnen betalen zonder in de rode cijfers terecht te komen.

Overigens heb ik vanaf het begin van deze bedevaarten tegen de heilige Maagd gezegd: “Als ik op een dag rood kom te staan, dan is dat een teken van jouw kant dat ik ermee moet ophouden en dan zal ik dat meteen doen.” En in vijftien jaar zijn we nooit in de rode cijfers geraakt.

Van de tweehonderd mensen die op deze bedevaart waren, hadden er maar zevenenzeventig de reis en het pension betaald, alles bij elkaar zo’n tweehonderd twintig euro per persoon. De anderen hebben gegeven wat ze konden missen.

Moge God overvloedig zegenen wie in de loop der jaren met liefde giften en genereuze bijdragen hebben gestort. Het zij hen honderdvoudig vergoed. Het zijn zij, die er voor hebben gezorgd dat wij deze mensen hebben kunnen meenemen’.

“Lieve kinderen… alleen door een volledige innerlijke zelfverloochening zullen jullie de liefde van God en de tekenen van de tijd waarin jullie leven herkennen. Jullie zullen van deze tekenen getuigen en erover spreken. Daar wil ik jullie heenleiden.” (Boodschap van 18 maart 2006 aan Mirjana).
In 2003 moest Florence stoppen met de begeleiding van de bussen naar Medjugorje, want haar man, Bernard, was ernstig ziek geworden. Florence had begrepen dat haar plaats voortaan bij het ziekbed van haar man was en ze kon kracht putten uit het doorboorde hart van Maria toen zij onder het kruis stond. Gelukkig blijven er bussen uit Nice komen, zij het onder andere leiding.