39. DE RAMPZALIGE ROZEN

Boodschap van donderdag 1 december 1983, aan Jelena

“Dank aan jullie allen, die dit jaar met zovelen gekomen zijt ondanks de sneeuw, de ijzel en het slechte weer, om tot Jezus te bidden. Ga door, wees standvastig in het lijden. Jullie weten wel dat wanneer een vriend jullie iets vraagt, jullie het hem geven. Zo is het ook met Jezus: wanneer jullie onophoudelijk bidden en ondanks je vermoeidheid komen, zal Hij je alles geven wat je Hem vraagt. Bid daarvoor.”

39. DE RAMPZALIGE ROZEN

Parabel

Het is vandaag zaterdag, en vanavond viert Eliane met haar familie de verjaardag van haar moeder. Haar broers en zussen komen er speciaal voor uit alle uithoeken van Frankrijk. Ze willen hun moeder verrassen en haar op allerlei manieren verwennen. Eliane heeft als taak om de bloemen te verzorgen en dat komt goed uit. Ze heeft gezien dat haar moeder een zwak heeft voor helgele rozen, een aparte kleur geel, die je maar zelden ziet. Ze heeft echter geluk, want ze heeft een bloemist kunnen opsporen die er hele mooie heeft. Ze zijn erg duur, maar als het om haar moeder gaat, wil Eliane niet krenterig zijn.

Ze voelt een diepe vreugde in haar hart opkomen, als ze eraan denkt hoe blij ze haar moeder hiermee zal maken. Deze avond zal een weldaad zijn voor haar moeder, na al die jaren dat zij zich voor haar kinderen heeft ingespannen, zonder zich ooit te beklagen.

Eliane pakt de autosleutels en knijpt er even tussenuit om boodschappen te doen. Haar moeder vermoedt niets. Ze heeft echter pech, want de accu is plat, waardoor de auto niet wil starten. Eliane zal de bus moeten nemen, waardoor ze twee maal zoveel tijd zal nodig hebben. Uiteindelijk komt ze aan bij deze speciale winkel in het centrum van Parijs, waar de betreffende bloemist zijn bloemen verkoopt. Maar er hangt een bord op de deur waarop staat: “Vandaag gesloten wegens het opmaken van de jaarbalans”. Ze voelt een pijnscheut in haar hart, haar plan stort ineen. Waar kan ze deze bijzondere rozen verder nog vinden, waar moet ze die vandaan halen ? Ze heeft geen tijd meer te verliezen.

Ze loopt weer de rue Rivoli in en gaat naar een andere bloemist, die ook een ruim assortiment aan bloemen heeft. Te laat. Een hotel heeft er juist alle rozen gekocht. Eliane begint het echt vervelend te vinden, maar ze laat zich niet ontmoedigen. Ze heeft nog een sprankje hoop: er is nog een andere bloemist vlakbij de bushalte, vanwaar ze daarna snel naar huis kan gaan. Gelukkig, hij heeft nog rozen, maar niet de kleur die ze zoekt. Ze neemt dan maar gebroken-witte rozen. Omdat haar moeder eenentachtig wordt neemt ze er achttien, hetzelfde aantal als de kaarsjes op de taart… De kinderen gaan de twee getallen van haar leeftijd verwisselen, want deze avond zal een terugblik zijn op haar jeugd, toen ze nog achttien was…

De rozen zijn gewikkeld in een mooi donkerblauw papier. De frustratie van Eliane begint wat weg te ebben. Ze loopt de winkel uit richting bushalte, als er een hevige onweersbui boven Parijs losbarst. De onverwachte stortbui maakt dat ze in een keer helemaal doorweekt is. Voor wat het boeket betreft: het papier rondom de rozen, hoe sneu het ook is, schrompelt ineen en blijft helemaal vastplakken aan de rozen.

De stemming van Eliane begint te dalen, maar ze laat zich niet ontmoedigen. Eindelijk komt de bus, maar vanwege de regen zit de bus driemaal zo vol als normaal en de passagiers zitten opeengepakt als sardines in een blik. En helaas, de dikke dame die naast Eliane staat, verliest in de bocht haar evenwicht en met heel haar gewicht valt ze op de bos rozen. Het is een ware ramp. De helft van de rozen bungelt er armzalig bij, met de kopjes naar beneden… Wat moet Eliane doen ? Het diner gaat zo beginnen. Haar broers en zussen zijn zeker al aangekomen. Ze moet zo snel mogelijk naar huis. Moet ze thuiskomen met dit armzalig hoopje bloemen ? Ze wordt verdrietig: ze zou er haar moeder zo een plezier mee hebben gedaan. Zal ze haar moeder de zeven à acht rozen geven die nog in tact zijn ? Eliane stapt uit de bus, doodongelukkig. Ze bevindt zich nog op tweehonderd meter afstand van de flat van haar moeder en ze gaat sneller lopen. Langs de stoep loopt een goot waarin zich een enorme modderachtige plas water heeft gevormd. En om het verhaal compleet te maken, komt er een ambulance aan met hoge snelheid en loeiende sirenes en die bespat haar van top tot teen. Dat is de druppel die de emmer doet overlopen. Eliane kan het wel uitschreeuwen. De bos rozen is ’total loss’. Het heldere wit is veranderd in bleekgrijs en besmeurd met olievlekken van de auto en met modder en andere drek, dat we beter maar niet kunnen noemen. Haar hart krimpt ineen. “Is er geen enkele roos van overgebleven voor mamma” ?, vraagt ze zich af. Op haar kamer aangekomen ziet ze dat er van de bos rozen nog maar één roos intact is geble-ven die alle obstakels, moeilijkheden en hindernissen van het parcours van Eliane heeft overleefd. En ze was nog wel zo blij geweest bij de gedachte haar moeder te kunnen verrassen met zulke geweldige rozen. Zal voor Eliane het feest vanavond om die reden minder geslaagd zijn ?

Kavana

In het Hebreeuws bestaat er een geweldig woord: kavana. Men kan dit woord vertalen met ‘intentie van het hart’ of ‘hartsgesteldheid’. Degene die kavana in het gebed bezit is iemand die echt bidt. Iemand die een goede daad verricht met kavana is iemand die echt bemint. God kijkt naar het hart en niet naar het uiterlijk welslagen. Hij is degene die zegt: “Ik Jahwe, doorgrond hart en nieren.” (Jr 17, 10). Hij kent het diepe verlangen waardoor wij worden bewogen en dat is het enige wat Hem interesseert.

In de parabel van de rozen heeft Eliane een groot verlangen om haar moeder een plezier te doen, en ze doet van haar kant al het mogelijke om daarin te slagen. Zij heeft kavana: zij houdt haar hart gericht op de liefde en ze houdt op moedige wijze koers ondanks de vele moeilijkheden.

De wereld kijkt naar het resultaat, naar de uiterlijke doeltreffendheid, naar het welslagen, naar de winstgevendheid. De kans had er dik ingezeten dat Eliane met zo een petieterige bos bloemen voor haar examen zou zijn gezakt. Maar in Gods ogen zijn de rozen van Eliane veel mooier dan de rozen die zij haar moeder eigenlijk had willen geven. Beter gezegd: hun schoonheid zal voor altijd blijven, want de liefde gaat nooit in rook op. De liefde brengt vruchten voort, die blijven in eeuwigheid.

Dit geldt ook voor het gebed. Bidden met het hart is doen zoals Eliane. Zij is begonnen met te willen beminnen en ze nam de beslissing een cadeau te geven. Vervolgens heeft ze haar tijd, haar geld, haar intelligentie, haar hart en al haar menselijke krachten gebruikt om haar doel te bereiken. Bij tegenspoed heeft zij volgehouden, zonder zich gewonnen te geven. Meerdere keren had ze het bijltje
erbij neer kunnen gooien, maar haar kavana bleek sterker te zijn. Zij is niet van de oorspronkelijke koers afgeweken. Want liefhebben betekent willen beminnen, willen beminnen ook als alles tegenzit en alles lijkt in te storten. Bidden betekent willen bidden, willen bidden en op allerlei wijzen, ook als innerlijke windstoten of die van buitenaf onze pogingen proberen teniet te doen.

In haar kindertijd hoorde de kleine Maagd Maria de rabbi’s de Torah becommentariëren en de aartsvaders citeren. Het is niet moeilijk om ons voor te stellen hoe zij gretig probeerde het geringste woord op te nemen dat haar weer iets meer leerde over God, over Zijn manier van handelen en over Zijn hartsverlangens ten aanzien van het volk van Israël. Het is opvallend om te zien hoe verschillende boodschappen van Maria in Medjugorje eenvoudigweg het primaire onderricht herhalen van de Talmud of van andere traditionele boeken, zoals de Mishna.

De eerste Hassidim (zij worden gezien als de joodse ‘charisma-tici’ van de 17de eeuw), hadden de gewoonte om een uur te wachten voordat ze hun gebed zeiden en om na het gebed nog een uur te wachten, om zo de innerlijk gesteldheid van kavana te ontvangen en om in alle rust uit het gebed te komen. Dit is een mooi voorbeeld van de drie uur gebed die in Medjugorje worden gevraagd. Het beroemde avondprogramma dat er door de heilige Maagd is ingesteld en dat zorgvuldig in stand wordt gehouden door de franciscanen, bevat eerst een uur rozenkransgebed met de blijde en de droeve geheimen, gevolgd door de Litanie van de heilige Maagd en een lofzang tot de heilige Geest. Dan wordt een uur lang de mis gevierd en daarop volgt dan een uur gebed als voortzetting van de dankzegging. De kavana moet na het meest heilige hoogtepunt, namelijk de intieme vereniging van de ziel met God in de Eucharistie, niet te snel worden onderbroken.

Maïmonides zei dat “bidden zonder kavana in het geheel geen bidden is. Degene die heeft gebeden zonder kavana moet opnieuw bidden met kavana. Als iemand in beslag wordt genomen door, of gebukt gaat onder allerlei zorgen, als iemand juist terugkomt van een reis, dan moet hij zijn gebed uitstellen totdat hij kan bidden met de innerlijke gesteldheid van kavana… De echte kavana betekent dat men vrij is van elke vreemde gedachte en dat men zich er ten volle van bewust is, dat men zich in Gods Tegenwoordigheid bevindt.” (Yad. Tefillah 4: 15.6). De Shulhan Arukh (spreek uit: Choul-rane Arour), van haar kant, zegt dat “een kleine smeekbede gedaan met de gesteldheid van kavana beter is, dan vele gebeden zonder kavana.” (OH 1: 4).
“Dat jullie gebed uit je hart mag komen”, zegt de heilige Maagd. Het is moeilijk voor de moderne mens om zijn hart samen te bundelen tot een eenheid, zonder dat het tegelijkertijd in beslag wordt genomen door duizend en één andere dingen. We hebben harten van pop-corn, die alle richtingen uitvliegen. Gelukkig betekent de kavana niet dat er geen verstrooiingen meer zijn — zelfs de allergrootste heiligen hadden deze’ — , maar dat men zich ervan kan losmaken en dat men echt het verlangen heeft om te bidden, wat het ook koste.