17. Vicka op haar trap

Boodschap van 25 februari 1987
“Lieve kinderen, vandaag wil ik jullie allen onder mijn mantel nemen en jullie leiden op de weg van bekering. Lieve kinderen, geef heel je verleden, alle kwaad dat zich in je hart heeft opgestapeld, aan God over. Ik zou willen dat iedereen gelukkig is, maar als je in zonden leeft kan dat niet. Daarom, lieve kinderen, bid, want door het gebed leren jullie deze nieuwe weg van vreugde kennen. Jullie harten zullen vreugde ervaren en zo worden jullie blijde getuigen, zoals mijn Zoon en ik dat van jullie wensen. Ik zegen jullie. Dank, dat jullie mijn oproep aanvaarden.”

17. VICKA OP HAAR TRAP

Een land toewijden, dat is geweldig, maar daar zijn degelijke persoonlijke toewijdingen onder de bevolking voor nodig…

In Medjugorje heeft de Gospa haar toegewijden zelf gevormd. Sommige van haar instrumenten houdt ze zorgvuldig verborgen, andere daarentegen laat ze schijnen als lichtbakens midden in het dorp.
Vicka is een van hen.

Deze jonge vrouw weet op haar eigen manier met succes gestalte te geven aan de school van Maria.
“Als jullie spreken, dan zullen de mensen mijn stem herkennen”, zei de heilige Maagd tegen de gebedsgroep.
Ze is altijd een eenvoudige parochiaan gebleven. Getrouwd en als moeder, vervult zij gewoon haar rol als leek in de Kerk, zo gewaardeerd door Johannes Paulus II en Benedictus XVI, en zo profetisch voor onze generatie.

Zeldzaam zijn de leken die op zulke diepe wijze en zo volkomen vanuit het hart aan God en aan Maria zijn toegewijd. Vicka’s vreugde bestaat erin om Hen vreugde te schenken. En dat legt haar geen windeieren, want haar geluk vergroot met de dag. In verschillende opzichten heeft ze een moeilijk leven. Hoeveel keer is zij niet aan de dood ontsnapt. Van alles wat haar overkomt maakt ze een cadeau voor Jezus en Maria, haar welbeminden. Leed en vreugde worden in hetzelfde cadeaupakket verpakt, dat zij hen vol dankbaarheid aanbiedt. Dat is de reden waarom ze de hemel doorgeeft aan de mensen die bij haar komen. Bestaat het leven van een toegewijde er immers niet in om de hemel al op voorhand op aarde te leven en de anderen de geest van de hemel te laten inademen ? Ik dank ervoor dat ik al zo vaak iets van deze genade heb mogen meepikken…

Op een ochtend had ik om acht uur een afspraak met Vicka. Toen ik bij haar aankwam zag ik een grote groep Polen bij haar op het binnenplaatsje staan. Ze gaf me een teken dat ik nog wat moest wachten:
“We zien elkaar zodra ik met hen heb gesproken”, zei ze me welgemeend.

Ik begon te bidden, terwijl ik wachtte op het vertrek van de Polen en ik probeerde om niet te denken aan al het werk dat thuis op me wachtte. Maar er kwam maar geen eind aan. Elke keer als Vicka twee mensen had gezegend, stond er al weer een ander groepje klaar. Dertig, vijftig, zestig minuten gingen zo voorbij… Tenslotte raakte ik ontmoedigd en maakte aanstalten om te vertrekken.

En net op dat moment — als ik het zo mag zeggen — greep de heilige Maagd me bij de kraag en sprak tot m’n hart. Het was geen verschijning of innerlijke inspraak, maar een duidelijke innerlijke communicatie, die ik als volgt zou kunnen omschrijven:

“Blijf, en kijk naar mijn dienares, want ze gedraagt zich zoals ik graag heb dat men zich gedraagt. Ze legt haar hart in alles wat ze doet. Kijk met hoeveel vreugde en liefde zij elke persoon die naar haar toekomt ontvangt. Kijk hoe geduldig ze is. Zij gedraagt zich zoals ik het haar heb geleerd en zoals ik het zelf in haar plaats zou hebben gedaan. Ook jij moet zo doen.”

Mijn ongeduld verdween onmiddellijk en met de ogen van mijn hart keek ik naar het tafereel dat zich gedurende twee uur voor mijn ogen afspeelde. Die dag begreep ik wat beter de genade van Medjugorje en hoe dringend wij die nodig hebben om te genezen van onze te grote menselijke doeltreffendheid, om op goddelijke wijze vrucht te kunnen dragen, vruchten die blijvend zijn…

Maria kweekt zelf de fruitbomen van haar Oase van Vrede. En zij bemint op speciale wijze het soort dat zich door haar laat doen. Dat soort dat zijn de echte toegewijden: zij dragen geen enkele vrucht buiten haar om en Jezus stelt er Zijn vreugde in om deze vruchten te plukken en ze te eten.